Het nut van smalltalk
Lezersvraag: ‘Ik háát smalltalk. Hoe zorg ik dat ik dit stadium vermijd zonder al te bot te zijn?’
Een nieuwe rubriek!
Of eigenlijk is het een oude rubriek, een klassieker kan ik beter zeggen, omdat ik dit al deed op Instagram. In de tijd dat ik nog screenshots van Word-documenten deelde om maar iemands aandacht op mijn teksten te vestigen. (Ik dank de lieve Heer voor Substack.)
In de serie Dokter Dave — in de toekomst wordt dit misschien wel een nieuwsbrief op zichzelf, wie weet — trek ik mijn witte labjas aan om een lezer te helpen bij een knagende levensvraag.
Vraag:
‘Ik háát smalltalk. Het is oppervlakkig, het gaat nergens over, ik kan er echt onpasselijk van worden. Hoe zorg ik dat ik dit stadium vermijd zonder al te bot te zijn?’ - Larissa, Oisterwijk
Antwoord:
Uit je vraag maak ik op dat je zeker weet dat het niet aan jou ligt, Larissa. Misschien is dat terecht. Maar misschien ook niet.
Ken je de rancuneuze introvert?
Laat ik schetsen hoe zo iemand redeneert, dan mag je zelf bepalen of jij aan de beschrijving voldoet.
De rancuneuze introvert
De rancuneuze introvert is niet zo goed in smalltalk. Terwijl ze thuis aan de eettafel het hoogste woord voert, begint ze op een bedrijfsborrel te stotteren. De rolverdeling is onduidelijk — iedereen kan alles zeggen, over elk onderwerp, op ieder moment — en daardoor voelt ze zich verloren. Ineens lijkt ze traag van begrip, haar pogingen tot humor komen niet aan, ze voelt zich afgesneden van groepsgesprekken.
In de trein naar huis trekt ze een conclusie: dat oppervlakkige geneuzel, ik heb daar niets mee. De stijgende prijzen in de supermarkt zullen mij worst wezen, ik wil het werk van Zadie Smith bespreken.
Om niet aan zichzelf te hoeven toegeven dat ze een talent mist, construeert ze een zelfbeeld waarin haar onvermogen juist een gave is.
Terwijl ze eigenlijk zou moeten zeggen: hoe onze accountmanager verslag deed van zijn bezoek aan Ajax, dat is iets ongelofelijks — ik wil dat ook leren.
An audition for authentic connection
Smalltalk vervult een cruciale functie, Larissa, namelijk aftasten.
Niemand stapt een lift binnen met de mededeling dat Sartre gelijk had toen hij schreef dat de mens door haar fundamentele vrijheid en onbepaaldheid nooit helemaal samenvalt met zichzelf — nee, je zegt: hoe was je weekend?
‘Small talk is an audition for authentic connection,’ las ik ooit op X.
Dit kan ik illustreren met een voorbeeld dat je zelf kunt terugluisteren.
In de podcast Hysterical doet Dan Taberski onderzoek naar massahysterie. In 2011 kregen tienermeisjes in het Amerikaanse stadje LeRoy ineens dezelfde, Gilles de la Tourette-achtige symptomen. Tienermeisjes, en één jongen: Jason.
Jason was een rare kwast, dus niemand geloofde hem. Die wilde waarschijnlijk gewoon aandacht.
Nu, dertien jaar later, wil Taberski achterhalen of Jason de boel bij elkaar loog. Hij belt hem op in aflevering vijf.
Jason zit in de auto, is onmiddellijk te horen wanneer hij de telefoon opneemt.
‘Can you hear me?’ vraagt Taberski.
‘Bear with me,’ zegt Jason, ‘I’m currently working.’
De rancuneuze introvert zou denken: ik moet zo snel mogelijk naar de inhoud. Maar Taberski is verstandig. Hij grijpt zijn kans om af te tasten.
‘You’re working right now,’ zegt hij, ‘what do you do?’
‘I drive a dump truck,’ antwoordt Jason. ‘I deliver mold and gravel and all that to people.’
‘Oh, nice,’ zegt Taberski; je voelt hem zoeken naar aanknopingspunten.
‘I’m multitasking,’ schiet Jason hem te hulp. ‘I’m working, I’m talking to you, I’m eating.’
Taberski lacht. ‘What are you eating?’
Let op: we bevinden ons nog steeds in een podcast over massahysterie. Maar we luisteren naar een gesprek over eten.
‘Uhm,’ zegt Jason. ‘A wrap my wife made me.’
‘Oh, that’s cool,’ zegt Taberski.
Jason raakt op dreef. ‘I can’t tell if it’s chicken or turkey. I know it’s bird, but that’s about it.’
Taberski barst in lachen uit.
Het is een podcast, maar je hoeft Jason niet te zien om te weten dat er twee dingen door hem heen schieten: 1) ik ben eigenlijk best een grappige vent, en 2) ik ben benieuwd waarom deze man mij belt.
De weg naar diepgang ligt wagenwijd open.
Ook een vraag, kwestie of probleem? Laat hieronder een reactie achter of stuur een mail naar dokter@daveschut.com. (Wil je anoniem blijven, zet het er even bij.)
Hysterical is sowieso een heerlijke podcast. Die Taberski doet dit soort gesprekken inderdaad met zoveel gevoel.
Mooi. Inderdaad, smalltalk als doorweg naar de diepte. Een ander argument, voor smalltalk (en dergelijks) als weefsel van het diepere, staat in Calvino's Onzichtbare steden:
Marco Polo beschrijft een brug, steen voor steen.
‘Maar welke is de steen waar de brug op rust?’ vraagt Kublai Kan.
‘De brug rust niet op de een of andere steen,’ antwoordt Marco, ‘maar op de lijn van de boog die de stenen vormen.’
Kublai Kan blijft zwijgen, en denkt na. Dan voegt hij eraan toe: ‘Waarom heb je het met me over de stenen? Alleen de boog interesseert me maar.’
Polo antwoordt: ‘Zonder stenen is er geen boog.’