Ik raakte geobsedeerd door Charles Darwin. Dat heb ik wel vaker. Ik hoef maar een nieuwsbericht te lezen over een stel botten dat in Noord-Frankrijk is opgedoken en ik ben al verloren. Urenlang struin ik Wikipediapagina’s af die verband houden met de evolutietheorie, en iedere keer denk ik opnieuw: och, Darwin. Je was de grootste.
Wat Einstein of Newton bedacht is knap, maar staat te ver van me af om regelmatig tot me door te dringen. De evolutietheorie daarentegen, is van zo’n verbluffende eenvoud, ligt achteraf zo voor de hand, dat je als onbeduidende schrijver in de eenentwintigste eeuw gerust de illusie kunt koesteren dat jij haar ook had kunnen bedenken, als je in zijn tijd had geleefd.
Wat moet het verrukkelijk zijn, denk ik op zulke momenten van intellectuele overmoed, om helemaal in je eentje, tegen iedere stroming in – nee, dat zeg ik verkeerd, want ook complotdenkers gaan tegen iedere stroming in – juist lósgekoppeld van alle stromingen, in de onbeperkte vrijheid van de eigen …
Keep reading with a 7-day free trial
Subscribe to Dave op donderdag to keep reading this post and get 7 days of free access to the full post archives.